Hulpmiddelen centrale examens

Op Examenblad.nl vindt u welke hulpmiddelen zijn toegestaan bij elk examen. De toegestane hulpmiddelen worden ieder jaar door het College voor Toetsen en Examens bekendgemaakt in de Regeling toegestane hulpmiddelen. In de regeling staat onder andere:

  • Basispakket hulpmiddelen
  • Vakspecifieke hulpmiddelen
  • Wijzigingen ten opzichte van voorgaande jaren

Raadpleeg de officiële publicaties (aan de rechterzijde op deze pagina) voor de relevante regelgeving en mededelingen, voor zover deze al beschikbaar is. Op grond van het examenjaar dat u met de 'jaarkiezer' heeft gekozen, ziet u de relevante Regeling hulpmiddelen voor dat jaar.

Woordenboeken

Woordenboek Nederlands

Het woordenboek Nederlands kan een natuurlijk en vanzelfsprekend hulpmiddel zijn dat de kandidaat zekerheid verschaft bij een enkel woord; het kan ook leiden tot bijvoorbeeld tijdnood als een kandidaat zekerheidshalve te veel woorden opzoekt. Bij vakspecifieke termen kan het woordenboek ook aanleiding geven tot verwarring. Een voorbeeld: eentonigheid heeft in het vak muziek een betekenis die niet strookt met de beschrijving in een woordenboek. In situaties zoals het voorbeeld bij het vak muziek is de vakinhoudelijke omschrijving de geldige; voor een inhoudelijk afwijkende omschrijving worden geen punten toegekend, ook niet als de kandidaat deze omschrijving letterlijk aan het woordenboek heeft ontleend.

Waar de spelling van het Nederlands wordt beoordeeld, zijn alleen schrijfwijzen volgens de huidige officiële spellingsregels toegestaan.

Woordenboek moderne vreemde talen en Fries

Voor de meeste leerlingen is Nederlands de thuistaal. Bij de centraal examens Frans is een woordenboek Frans – Nederlands toegestaan. Een kandidaat die Pools als thuistaal heeft, mag in plaats van Frans – Nederlands kiezen voor een woordenboek Frans – Pools. 'Thuistaal' hoeft in dit verband niet letterlijk genomen te worden. Voorbeeld: Als Berbers de thuistaal is en een woordenboek doeltaal - Berbers is niet voorhanden, mag ook gekozen worden voor doeltaal – Arabisch.

Rekenmachine

Rekenmachine bij vmbo-examens

Meerregelige machines hebben mogelijkheden die bij de eenregelige machines ontbreken, zoals het maken van tabellen. Bij de huidige centrale examens is niet gebleken dat die extra mogelijkheden de kandidaat voordeel bieden.

Grafische rekenmachine bij wiskunde-examens havo en vwo

Op ieder moment tijdens het examen moet te controleren zijn of de machine in de examenstand staat, zonder de kandidaat te storen. Hiervoor kunt u terecht op de websites van de verschillende fabrikanten: www.casio-educatie.nl, hp-prime.nl, education.ti.com/nederland, https://www.numworks.com/nl/.

Informatieboeken

Informatieboek bij nask1 en nask2

Voor de in de regeling genoemde editie van Binas zijn errata uitgegeven. Zie voor deze errata de website Binas voor het voortgezet onderwijs (noordhoff.nl). Het is toegestaan deze fouten in Binas te verbeteren.

Informatieboeken natuurwetenschappelijke vakken havo en vwo

Voor de in de regeling genoemde editie van Binas en voor Sciencedata zijn errata uitgegeven. De errata bij Binas zijn te vinden op de website van Noordhoff Uitgevers (Binas voor het voortgezet onderwijs (noordhoff.nl) en bij ScienceData op de website van Uitgeverij Walvaboek (onderwijsuitgaven (walvaboek.nl)).

Andere wijzigingen mogen niet in het informatieboek worden aangebracht. Dat geldt ook voor het aanbrengen van (al dan niet beschreven) plakkertjes.

Noodzakelijk of toegestaan

Een kandidaat die bij een examen een voor dat vak toegestaan hulpmiddel gebruikt, is niet in overtreding. Een kandidaat die zonder het hulpmiddel aan het examen wenst deel te nemen, mag echter niet op grond van het ontbreken van het hulpmiddel de toegang worden ontzegd.

De mate waarin een toegestaan hulpmiddel ook noodzakelijk is, varieert tussen vakken, hulpmiddelen en kandidaten. Een feitelijk noodzakelijk hulpmiddel bij een aantal vakken is de Binas: het lijkt niet aannemelijk dat een kandidaat alle informatie heeft gememoriseerd. Bij het verklarend woordenboek Nederlands is de behoefte en noodzaak kandidaat-afhankelijk: de een kent meer woorden dan de ander, de een heeft ook meer behoefte aan de zekerheid van het woordenboek dan de ander.

Of de school de hulpmiddelen ter beschikking stelt, of aan de kandidaat vraagt mee te nemen, is ter keuze aan de school.

Niet genoemde hulpmiddelen

Naast het basispakket hulpmiddelen kan de kandidaat enkele hulpmiddelen meenemen die niet genoemd zijn, die op geen enkele wijze een relatie hebben met de exameneisen maar die wel functioneel (kunnen) zijn, zoals een nietmachine, puntenslijper, een markeerstift of een leesliniaal (loep). Hulpmiddelen die een relatie kunnen hebben met exameneisen, zijn niet toegestaan. Daaronder vallen onder andere tekensjablonen en spellingkaarten. Hulpmiddelen die geen relatie tot de exameneisen hebben maar geen enkele examenfunctie dienen, dienen te worden geweerd; niet omdat daardoor de exameneisen worden aangetast, maar omdat de ontstane onoverzichtelijkheid kan leiden tot een indirecte aantasting van exameneisen. Bij twijfel of een specifiek hulpmiddel een relatie tot de exameneisen heeft, wendt de school zich tot het College voor Toetsen en Examens.

Schoolexamen en centraal examen

De regeling hulpmiddelen legt de toegestane hulpmiddelen vast voor het centraal examen. Er is geen voorschrift dat bij alle schoolexamens van een vak dezelfde hulpmiddelen zouden moeten worden voorgeschreven als bij het centraal examen. De school kan gegronde redenen hebben om bijvoorbeeld vast te leggen dat bij kleinere toetsen in de moderne vreemde talen geen woordenboek is toegestaan, of dat bij sommige toetsen in een vak met grafische rekenmachine volstaan moet worden met een eenvoudige grafische rekenmachine of dat zelfs helemaal geen rekenmachine gebruikt mag worden. De school kan omgekeerd ook bij schoolexamentoetsen hulpmiddelen toestaan die in het centraal examen niet zijn toegestaan.


Deel deze pagina