Bijzondere groepen kandidaten (vmbo)

1. Allochtonen

Aan een kandidaat die met inbegrip van het schooljaar waarin hij examen aflegt, niet langer dan 6 jaren onderwijs in Nederland heeft gevolgd en voor wie Nederlands niet de moedertaal is, kan het bevoegd gezag toestemming geven voor een aangepaste wijze van examineren. (zie Eindexamenbesluit artikel 55.3) Die aangepaste wijze kan slechts betrekking hebben op de verlenging van de duur van de zitting van het centraal examen voor het desbetreffende vak met ten hoogste 30 minuten en/of op het gebruik van een verklarend woordenboek der Nederlandse taal. (zie Eindexamenbesluit artikel 55.4)

Voor zover het correctievoorschrift of de normering voor de vakken Nederlandse taal en Nederlandse taal- en letterkunde of voor een ander vak waarbij de Nederlandse taal van overwegende betekenis is, aandacht schenkt aan spel- en stijlfouten, kunnen de examinator en de gecommitteerde deze normering voor kandidaten als bedoeld in artikel 55, derde lid, enigszins aanpassen. (zie Regeling aanvullende regels correctie, artikel 5. Gele Katern nr. 9a van 27 maart 1991.

2. Gehandicapten

De directeur kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat (zie Eindexamenbesluit artikel 55.1). Als er geen sprake is van een objectief waarneembare lichamelijke handicap gelden ten aanzien van die toestemming aanvullende voorwaarden (zie Eindexamenbesluit artikel 55.2). In beide gevallen dient de inspectie zo spoedig mogelijk te worden geïnformeerd.

3. Zieken

Een kandidaat wil eindexamen doen maar is gedurende het laatste leerjaar door langdurige ziekte of door overmacht niet in staat geweest het onderwijs in voldoende mate te volgen. Dan kan het bevoegd gezag toestaan dat het eindexamen gespreid over twee jaar wordt afgenomen. (zie Eindexamenbesluit artikel 59) In de regel wordt hierbij de uitslag bepaald na afloop van het tweede examenjaar. Het kan echter gebeuren dat na het eerste examenjaar besloten wordt het gespreid examen af te breken. In dat geval kan de uitslag worden vastgesteld, ook al is het examen nog niet voltooid. Dit geschiedt dan op grond van Eindexamenbesluit artikel 59.5.

4. Kandidaten met examenresultaten van de Nederlandse Antillen en Aruba

Examenresultaten van de Nederlandse Antillen en Aruba worden gelijkgesteld met examenresultaten die in Nederland zijn behaald. Daarom kunnen kandidaten met examenresultaten die behaald zijn in de Nederlandse Antillen en Aruba, bij het behalen van een Nederlands diploma gebruik maken van een of meer vrijstellingen.

5. Kandidaten met buitenlandse diploma's of examenresultaten

Als deze kandidaten een Nederlands diploma willen behalen kunnen zij een verzoek indienen om een of meer vrijstellingen (zie Eindexamenbesluit artikel 10).

6. Hoogbegaafden

Voor hoogbegaafden die aan het eindexamen dat de school aanbiedt niet voldoende uitdaging hebben, is er de mogelijkheid dat de directeur op hun verzoek examenresultaten die datzelfde jaar aan een vavo-instelling of bij de staatsexamencommissie zijn behaald op de cijferlijst vermeldt (zie Eindexamenbesluit artikel 52.7). Deze aanvullende vakken tellen mee bij het bepalen van de uitslag (zie Eindexamenbesluit artikel 48.8).

7. Kandidaten met dyslexie/dyscalculie

7.1 Dyscalculie

Vrijstelling voor wiskunde op basis van dyscalculie is volgens de wettelijke regelingen niet mogelijk. De leerling met een rekenprobleem heeft bij een aantal vakken een probleem met een basisonderdeel van de inhoud. Het niet voldoen aan een deel van de basiseisen werkt door in de resultaten

7.2 Dyslexie

Op grond van artikel 55 van het Eindexamenbesluit kan de directeur van de school toestaan dat een dyslectische kandidaat het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan zijn mogelijkheden. Voor afwijkingen van het centraal examen is een deskundigenverklaring noodzakelijk van een ter zake deskundige psycholoog of orthopedagoog. Hiermee kan de duur van de eindexamentoetsen in ieder geval dertig minuten verlengd worden. Uit inspectierapportages is gebleken dat dit doorgaans voldoende is om een dyslectische leerling een gelijkwaardige kans te bieden bij het maken van een examentoets.

Andere aanpassingen, zoals bijvoorbeeld ingesproken examens of grootschrift, behoren eveneens tot de mogelijkheden. Bij dergelijke aanpassingen is het echter zaak dat daarvoor door een deskundige (een psycholoog of orthopedagoog) een voorstel gedaan is of dat de aanpassing aansluit bij eerdere begeleidingsadviezen voor de betrokken leerling. Uitgangspunt is dat de begeleiding en faciliteiten die een leerling in voorgaande jaren op grond van zo'n advies heeft genoten ook tijdens het schoolexamen en centraal examen geboden kunnen worden.

Wanneer de school voor een dyslectische leerling afwijkt van de normale gang van zaken rond examens, dient de inspectie (vanzelfsprekend) te worden ingelicht.

8. Kandidaten voortgezet speciaal onderwijs

Het gaat hier om leerlingen vso die in hun eigen tempo en gezien hun eigen mogelijkheden een regulier vmbo-examen wensen te halen. Op dit moment is hier niets voor geregeld in het Eindexamenbesluit. In overleg met de inspectie is besloten om de ruimte die artikel 59 van het Eindexamenbesluit (Spreiding voltooiing eindexamen ) biedt voor een gespreid examen, tevens aan te wenden voor leerlingen die voor het vso zijn geïndiceerd, daadwerkelijk op het vso hun onderwijs krijgen aangeboden en als extraneus aan het vmbo-examen deelnemen. Hiermee krijgen deze leerlingen dus de mogelijkheid gespreid examen te doen.


Deel deze pagina