Vwo

Veelgestelde vragen

Welk vak moet worden vermeld op de cijferlijst als een kandidaat bij het CPE tekenen, handvaardigheid, textiele vormgeving vwo discipline-overstijgend werkt?

Het examenprogramma is voor alle drie de beeldende vakken gelijk. Het centraal praktisch examen kent voor de verschillende disciplines dezelfde opgaven en hetzelfde opgavenboekje. De opdrachten zijn zo gekozen dat ze aanknopingspunten bieden voor een uitwerking in de verschillende kunstzinnige disciplines of een combinatie van deze, waarbij de gekozen discipline het uitgangspunt vormt. Het discipline-overstijgend denken en werken past in de ontwikkelingen in de kunstwereld van de afgelopen decennia.

De kandidaten kiezen één van de beeldende vakken als examenvak. Dat vak wordt ook vermeld op de cijferlijst en het diploma.

Scholen kunnen de definitieve keuze voor welk beeldend vak uiteindelijk op het diploma vermeld wordt lang voor zich uitschuiven. Belangrijk is dat een kandidaat bij het behalen van een diploma voldoet aan de eisen van het schoolexamen voor de onderliggende vakken zoals uitgewerkt in het PTA en de eisen van het centraal examen.

Mogen leerlingen examen doen in twee grote kunstvakken (kunst beeldende vormgeving, muziek, dans of drama)?

Dit mag. De betreffende examenprogramma’s schrijven hiervoor het volgende voor:

Als de kandidaat met het profiel cultuur en maatschappij het eindexamen aflegt in een van de vakken kunst (beeldende vormgeving, muziek, drama of dans) in het vrije deel om te voldoen aan de verplichting dat in dat vrije deel het eindexamen tenminste één vak omvat met een normatieve studielast van tenminste 440 (vwo) en 320 (havo) studielasturen, en hij ook als onderdeel van het profieldeel reeds eindexamen aflegt in een van de vakken kunst (een andere variant), wordt het onderdeel kunst (algemeen) in het examen (en dus het centraal examen) vervangen door aanvullende verdiepende en/of verbredende onderdelen op het gebied van kunst in het schoolexamen met een normatieve studielast van ten minste 160 (vwo) en 120 (havo) studielasturen, door het bevoegd gezag te bepalen. Er is dan dus geen centraal examen. 

Het vak waarin ook centraal examen is gedaan krijgt plaats in het profieldeel. Het vak dat alleen met een schoolexamen is afgesloten staat in het vrije deel.

Kunst (beeldende vormgeving) kan niet gekozen worden in combinatie met tekenen, handvaardigheid of textiele vormgeving. Kunst (muziek) kan niet gekozen kan worden in combinatie met muziek.

Van de vakken tekenen, handvaardigheid en textiele vormgeving kan er een deel uitmaken van het profiel.

Hoe komt de N-term voor het tweede tijdvak tot stand?

De normeringsterm van het eerste tijdvak geldt als ‘basis’ voor het tweede tijdvak. Daarnaast worden de afnamegegevens van het tweede tijdvak examen geanalyseerd. Daarbij kijken we naar de deelpopulatie met een onvoldoende in het eerste tijdvak. Als deze kandidaten slechter scoren dan in het eerste tijdvak, dan is dat een signaal dat het tweede tijdvak moeilijker is. Is dat het geval dan zal de N-term ook hoger worden vastgesteld.

Waar kan ik oude examenopgaven en antwoorden vinden?

Examens vanaf 2018 zijn terug te vinden op deze website door achtereenvolgens te kiezen voor een examenjaar, een niveau en een vak.

Alle informatie en oefenexamens van voor 2018 zijn te vinden via de archiefwebsite. Helemaal bovenaan en onderaan elke pagina staat een link naar het archief van Examenblad 2002-2017. Je kunt op elke pagina van de website via deze menu's naar bijvoorbeeld oude examenopgaven gaan.